Voertuigdecoders DC04, DC05, DC06: verschil tussen versies

Uit wiki-nl
Ga naar: navigatie, zoeken
k
k
Regel 9: Regel 9:
  
  
De voedingspanning voor de servo's mag in geen geval van de spanningsomzetter van de decoder worden betrokken. De servo's trekken zoveel stroom dat de spanningomzettere dit niet aan kan. Op grand hiervan dient een tweede [[Elektronik|Spanningsomzetter]] gebruikt te worden of nog beter een LiPo-accu. Sluit men de servo direct aan op de LiPo-accu, dan functioneert het hele systeem  probleemloos.  
+
De voedingspanning voor de servo's mag in geen geval van de spanningsomzetter van de decoder worden betrokken. De servo's trekken zoveel stroom dat de spanningomzettere dit niet aan kan. Op grand hiervan dient een tweede [[Electronica|Spanningsomzetter]] gebruikt te worden of nog beter een LiPo-accu. Sluit men de servo direct aan op de LiPo-accu, dan functioneert het hele systeem  probleemloos.  
  
  

Versie van 2 mei 2011 om 22:25

De toepassing van servo's is in de laatste jaren zo populair geworden, dat ook DC-Car en in het bijzonder hier de DC-Car-decoder daarvan natuurlijk niet kan ontkomen. De in onderstaande genoemde mogelijkheden zijn van toepassing op de decoders DC04, DC05 en DC06.


Met uitzondering van de DC06 hebben de overige decoders twee zogenaamde Multifunctie uitgangen (MF). In normaal bedrijf worden deze ook als Licht 3 (MF1) en Licht 4 (MF2) aangeduid. Deze uitgangen zijn van weerstanden voorzien en daardoor kunnen LED´s rechtsreeks aangesloten worden. De DC06 heeft, vanwege zijn geringe afmeting, alleen de MF2.


Met CV 20 configureert men de functie van de MF. Beide MF's kunnen voor aansturing van servo's gebruikt worden. Daartoe sluit men eenvoudigweg de stuurdraad van de desbetreffende servo op de juiste MF aan. De bediening geschiedt d.m.v de magneetartikelsturing (Wisseltoetsen) van een DCC-centrale. In de CV´s 11 tot 14 wordt het desbetreffende digitale adres voor de beide MF ingevoerd, waarmee de servo's dan gestuurt kunnen worden. Naargelang men langer op de toets drukt, zo lang draait ook de servo in de gewenste richting. Voorlopig alleen tot max. 90 graden in beide richtingen gezien vanuit het midden.


De voedingspanning voor de servo's mag in geen geval van de spanningsomzetter van de decoder worden betrokken. De servo's trekken zoveel stroom dat de spanningomzettere dit niet aan kan. Op grand hiervan dient een tweede Spanningsomzetter gebruikt te worden of nog beter een LiPo-accu. Sluit men de servo direct aan op de LiPo-accu, dan functioneert het hele systeem probleemloos.


Met de CV´s 138 en 139 kan men de draaisnelheid van de servo's instellen. Daarbij staat de waarde 1 voor snel en de waarde 255 voor langzaam. In de toekomst wordt er ook instelbaar hoever de servo's moeten draaien. Zodra deze functie beschikbaar is, zal er deze pagina verdere uitleg komen.


Als voorbeeld zijn hier twee voertuigen te zien: